Leeuwarden Europese hoofdstad watertechnologie

Leeuwarden is hard op weg de Europese hoofdstad op het gebied van watertechnologie te worden. In 2020 moeten meer dan 2.000 kenniswerkers actief zijn in de meest innovatieve Watercampus van Europa.

Wie in de jaren tachtig het gebied rondom de Potmarge betrad, vond slechts een vervuild stadsriviertje, de oude katholieke Johannes de Doperkerk, de Atoglas-kunststoffabriek en kwekerijen. Niets wees nog op de hoge ambitie van nu: Leeuwarden als Europees centrum van de innovatieve watertechnologie. Wie anno 2010 de Friese hoofdstad inrijdt, wordt bij binnenkomst met wervende borden geattendeerd op de nieuwe ambitie van de provinciestad: “Leeuwarden, city of watertechnology”. Rondom de oude stadsrivier is de ontwikkeling van een universeel waterpark in volle gang. Een cluster van ondernemers, universiteiten en overheden werken er samen om een Watercampus van internationale allure te ontwikkelen.

Hier moet hier over tien jaar een kwalitatief hoogwaardig science en business park voor waterindustrie verrijzen. ‘Het is niet verwonderlijk dat in Leeuwarden de nieuwste watertechnieken tot bloei komen’,  vertelt Wim Huizinga, senior adviseur Economische Zaken gemeente Leeuwarden. ‘Zo’n dertig procent van de Nederlandse omzet op de internationale watermarkt wordt gerealiseerd door bedrijven uit Noord-Nederland. Het grootste deel daarvan is gevestigd in Friesland.’ Zo staat in Leeuwarden het modernste drinkwaterlaboratorium van West-Europa van waterleidingbedrijf Vitens. En midden in de stad, bij het vernieuwde natuurgebied langs de Potmarge, is nationaal Technologisch Top Instituut Watertechnologie (TTIW) Wetsus als ‘centre of excellence for sustainable (duurzame) water technology’ inmiddels wereldberoemd.

‘Wetsus is de bougie die zorgt voor het vonkje in een netwerk van meer dan 100 bedrijven en 30 universiteiten. Wij doen wat één universiteit of één bedrijf alleen niet kan’, vertelt wetenschappelijk directeur Cees Buisman. Wetsus wordt hierdoor het brandpunt van alle vernieuwende watertechnologie in Europa. Het kenniscentrum staat bekend om wetenschappelijk onderzoek naar duurzame- én commercieel aantrekkelijke wateroplossingen. ‘Wetsus bouwt op een concentratie van talent en kennis. Tientallen, veelal jonge, internationale ingenieurs doen samen met Nederlandse waterbedrijven fundamenteel onderzoek bij ons naar efficiënter watergebruik.’ Sinds de start in 2004 kent Wetsus drie promovendi, twintig masterstudenten aan de Wetsus Academy en zijn er nog eens 40 hbo-studenten actief in het kennisinstituut. Allen werken aan zo’n zeventig onderzoeken met een totaalbudget van ruim veertien miljoen euro. ‘Leeuwarden doet op watergebied duidelijk mee in de wereld’, vertelt Wim Huizinga. ‘Qua reputatie staan we bovenaan. Wat goede kansen biedt om één van de drie kenniscentra – waterhubs – van de wereld te worden. Door het uitbouwen van de huidige nationale waterpiek rond Wetsus kan Leeuwarden dé waterhub van Europa realiseren.’

‘Als er ergens problemen zijn met betrekking tot water moet er direct aan Friesland worden gedacht’, verwoorde Simon Tijsma de visie van de provincie Fryslân al in 2004 in Noorderbreedte. ‘We willen op het wereldniveau van de watertechnologie opereren. Top of the bill worden.’ Een eerste stap is in die kleine zes jaar al gezet. Tientallen speerpunten zijn inmiddels gerealiseerd of in gang gezet. En er staat nog veel meer op de planning. Zoals de realisatie van een ‘proeftuin’ waarin innovaties op het gebied van water van ideefase tot ‘full scale’ worden ontwikkeld en getest. Zoals op de Afsluitdijk. Tijsma: ‘Samen met de Chinese muur is de Afsluitdijk het enige menselijke bouwwerk dat te zien is vanuit de ruimte volgens Wubbo Ockels. De ideale locatie om, samen met de Waddeneilanden, hét duurzame visitekaartje van BV Nederland te worden.’ Gedacht wordt er daarbij aan projecten die een bijdrage leveren aan de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. En die de tegenstelling tussen economische ontwikkeling en milieu en landschap overbruggen. Zoals het Blue Energy-project op de Afsluitdijk, dat energie uit zoet en zout water gaat opwekken. De energiecentrale moet straks 200 megawatt opwekken. Waarmee 500.000 omliggende huishoudens van elektriciteit kunnen worden voorzien. Of neem het project Cradle to Cradle Islands (C2C) waarmee wordt geprobeerd een tiental eilanden voor 2030 – waaronder Spiekeroog in Duitsland, het Noorse Runde en mogelijk Roosevelt Island bij New York – zelfvoorzienend te maken. Op dit moment draait er een pioniersproject op Ameland met een vakantiehuisje dat volledig autonoom moet worden.

De realisatie van een proeftuin is volgens Simon Tijsma een belangrijk instrument om nieuwe wateroplossingen te vermarkten. ‘Door het opbouwen van het waterkenniscentrum (waterhub), en door te laten zien dat deze kennis in de praktijk goed werkt (proeftuin), worden potentiële opdrachtgevers in binnen- en buitenland overtuigd dat de deelnemers in de Water Alliance praktische oplossingen bieden voor vraagstukken op het gebied van water.’

De Water Alliance (WA) is een overkoepelend orgaan dat waterbedrijven, de overheid en kenniscentra zoals Wetsus en het Cartesius Instituut sinds 2000 met elkaar verbindt. En is een belangrijk onderdeel in de totstandkoming van de Europese waterhub. Het doel van dit samenwerkingsverband is het versterken van de internationale concurrentiepositie van de Noord-Nederlandse watersector door de expertise op watergebied te vermarkten. De alliantie wil zo wetenschappelijke excellentie en commerciële relevantie met elkaar verbinden.

Eén van de ondernemingen die verbonden is aan dit bondgenootschap, is Westt. Een bedrijf dat zorgt dat de ontwikkelde kennis op de Watercampus niet an sich verkocht wordt, maar wordt vermarkt tot een duurzaam exportproduct. Westt is één van de twaalf jonge waterondernemingen in Science Center Johannes de Doper – dat zich pal naast Wetsus en hbo-instelling Van Hall Larensteijn bevindt. De opening van de geclusterde bedrijfshuisvesting afgelopen zomer is een mijlpaal in de Watercampus-ontwikkeling. Het markante gebouw biedt innovatieve waterbedrijven alle voorzieningen in de buurt die ze nodig hebben om kennis te delen, laboratoriumonderzoek te doen en om te groeien. Volgens Gerard Schouten, directeur van Westt, is de watermarkt in Leeuwarden in korte tijd succesvol geworden door de synergie die ontstaat op het waterpark. ‘Voorheen was de watersector in Nederland een versnipperde markt. Het is een hele slimme zet geweest van Leeuwarden om deze kritische massa samen te brengen. Er zitten nergens zoveel diverse waterbedrijven bij elkaar als hier.’ Wat volgens de ondernemer nu al zorgt voor een business run. ‘De Watercampus biedt een instant wereldnetwerk. Daarnaast is het Science Center een warm nest voor beginnende bedrijfjes. Je kunt van elkaars fouten leren, faciliteiten delen, gecombineerde producten aanbieden. Je kunt als jonge ondernemer zo achterop de bagagedrager naar Afrika. Bovendien zijn Wetsus en het Science Center een goede match. De eieren van Wetsus kunnen zo de omliggende broedmachines in.’ Een goed voorbeeld van die synergie op Watercampus is Dutch Rainmaker BV. Een bedrijf dat gestart is met behulp een spin-off van Wetsus en is ontwikkeld door Westt. Dutch Rainmaker is een molen die vocht uit de lucht produceert tot water via een speciale condensor. Met name in droge gebieden is er veel vraag naar deze uitvinding, zoals Azië, delen van de Verenigde Staten, maar ook Europese landen zoals Spanje.

Om uit te groeien tot Europees centrum voor watertechnologie ligt er na zes jaar een prima basis. Maar om de Europese waterhub te realiseren, ligt er nog een aantal uitdagingen in het verschiet. Al binnen één jaar dreigt er namelijk ruimtegebrek in het Science Center. ‘Verdere uitbouw is noodzakelijk voor de bedrijven die binnenkort klaar zijn om hun vleugels uit te slaan’, vertelt ondernemer Gerard Schouten. ‘En snelheid is daarbij geboden.’ De locatie ‘voormalig Atoglas’ aan de overkant van de Potmarge is daarvoor de beoogde plaats. Hier moet over tien jaar een volwaardig en internationaal aansprekend Watercampus komen. Een ‘optelsom’ van TTIW Wetsus, hbo Van Hall Larensteijn, Science Center Johannes de Doper, en een nieuw innovatief bedrijvenpark op het voormalig Atoglas-terrein en mogelijk op een deel van het Sixmaplein. Volgens de gemeente biedt de nieuwe locatie nog circa 25.000 vierkante meter vloeroppervlak voor diverse (door)startende waterbedrijven. De eerste fase van de Watercampus dient medio 2013 te zijn en kost ruim 50 miljoen euro.

Daarbij is het volgens wetenschapper Cees Buisman het belangrijk dat Friesland zich als regio veel duidelijker profileert in water. ‘De arbeidsproductiviteit in Friesland is laag. Drie procent van het Nederlandse Bruto Binnenlands Product (BBP) wordt verdiend in de provincie tegenover zeventien procent in Eindhoven. Daarnaast heeft Friesland een onderwijsachterstand. De ontwikkeling van de kenniscampus is een enorme impuls voor het hoger onderwijs en de werkgelegenheid in de regio. Dankzij de Watercampus kan Friesland straks een belangrijke plek innemen in de Nederlandse en Europese kenniseconomie.’ En water past tenslotte ook bij Leeuwarden vindt Wim Huizinga van de gemeente. ‘Deze regio is traditioneel verbonden met water, en niet alleen vanwege het toerisme. Onze provincie heeft van oorsprong al een grote concentratie van watertechnologische kennis en bedrijvigheid dankzij de landbouwsector. We moeten gebruik maken van die potentie.’ Volgens Gerard Schouten kan dat beoogde internationale succes pas bereikt worden als Leeuwarden veel duidelijker naar buiten treedt als the water place to be in Europa. ‘Voor heel de wereld moet het volstrekt logisch zijn dat TTIW Wetsus en de Watercampus hier zitten.’ Een belangrijke ontwikkeling in die richting is de aanstelling van een eigen directeur voor de Water Alliance. Deze moet zich vanaf dit voorjaar bezig gaan houden met het in de markt zetten van het watermerk Friesland. Simon Tijsma: ‘De rest van de wereld moet ons moeiteloos kunnen vinden. Naast de aanwezige topkennis en de komst van een toplocatie, vereist deze innovatieve sector ook een PR van internationale allure. Alleen door een goed samenspel van al deze ingrediënten kan Leeuwarden een potentiële wereldwaterspeler worden.’

[kader]
Potmarge
De Potmarge is één van de oudste middeleeuwse waterlopen in Friesland. Een uniek natuurgebied ten zuiden van Leeuwarden. De waterloop kent een geleidelijke overgang tussen natuurlijke stilte en stedelijke drukte. Het opschonen van de Potmarge was feitelijk de start van de waterambitie van de gemeente Leeuwarden met het Blauwe Diamand-project in 2000. Dit project verbeterde onder andere de waterkwaliteit en de ecologische potentie van water en oever.

www.noorderbreedte.nl/onder.php3?artikel=3111

About doortjevdmolen

Theejunk, reiszot, cultuurgek, eindredacteur, journalist

Leave a comment